Extra gedicht uit de bundel voor de scheidende voorzitter 1 februari 2017

Hannah van Binsbergen, winnares VSB-poëzieprijs 2017

Hannah van Binsbergen, Kwaad gesternte (Atlas Contact 2016)

Het omslag van Hannah van Binsbergens debuutbundel wordt voor een groot deel gevuld door één woord in imposante kapitalen: KWAAD. Toch is dit niet de poëzie van een angry young woman: daarvoor zijn haar gedichten te beheerst en te nonchalant.

Er wordt weliswaar heel wat afgevochten in Kwaad gesternte, maar het is een kleine, alledaagse strijd, geen Grote Strijd om universele principes: het goede, het ware en het schone hangen allang uitgeput in de touwen. Waar kun je dan nog voor vechten? ‘Wij hebben niet echt een wereld,’ schrijft de dichteres. Wat rest, zijn de lijnen die je zelf trekt en die hoop of wanhoop aan je leven geven. De poëzie van Van Binsbergen staat met twee benen in onze tijd. Met de zelfverzekerde parlandotoon waarmee ze haar weifelingen tot uitdrukking brengt sluit ze duidelijk aan bij generatiegenoten als Maarten van der Graaff, maar ze doet dat met een krachtige eigen stem. Niets aan Kwaad gesternte verraadt dat het een debuutbundel is, of het moet nu juist de onbevangenheid zijn waarmee de dichteres haar lezers tegemoet treedt, niet gehinderd door de last van de verwachtingen. Het werk van Hannah van Binsbergen is een grote aanwinst voor de Nederlandse poëzie. 

 

Kwaad gesternte 

 

 

Het is woensdag en ik mag een harnas kiezen dat geweld

op afstand houdt, in alliantie met de Vijanden van Vernedering.

Als ik mijn benen weer bij elkaar doe, word ik moeier en moeier;

ik kan wachten in mijn wapenrusting of het rokje dat hij mooi vond, hij

zal niet komen. Ik bijt hem, hij moet het afleren.

Als ik mijn ogen open is alles verloren, dan moet ik meegaan

naar het gat in de geschiedenis. Van alle marsen die jullie kunnen

lopen, jullie die ik mijn broeders noem, waarom is er niet één

die niet vooruitgaat?

 

Ik kan niet kiezen. Mijn vrienden willen mij niet helpen en mijn vijand

die een vaste vorm begint te krijgen aan de randen van mijn angsten

spreekt bemoedigende woorden.

Hebben jullie wel eens aan het kwaad gedacht dat in de situatie schuilt?

Het harnas dat ik kies zal hopelijk mijn geur verhullen.

Als ik mijn benen bij elkaar doe, is alles verloren.

Mijn harnas klinkt me vast aan dit moment, waar iets herinnerd

en iets beloofd wordt en dit gesternte staat boven mijn hele generatie.

 

Ik heb weinig hoop zonder jullie, maar jullie geven me niets

wat ik niet snel en zo vernederend zacht moet laten gaan,

jullie die ik mijn broeders noem, een droom

die het dagelijks leven stuk kan slaan, is dat

waarom we vooruitgaan?

Zolang ik niet mijn ogen open, lig ik in zijn armen.

 

© Hannah van Binsbergen

Uit: Kwaad gesternte

Uitgever: Atlas Contact, Amsterdam, 2016, 978 90 2544 781 6

 

 

Enable Javascript