SONNET
Tijdloos sonnet waarin de Europese Commissie voorstelt de wintertijd af te schaffen
We spelen tijd en hopen dat het ‘s zomers
zo licht zal zijn dat vrijmibootjes duren
tot na het schuldig tellen van de uren.
Voorbij de weerman ligt het park vol dromers.
De wijzers van de wekker knarsen terug
naar ‘s ochtends vloeken in een regenpak
met koude klauwen goor van bandenplak
en donker leven met gekromde rug.
Als ik de baas was van de tijd, zou ik
voor afstel van het ochtendgloren zorgen
en deze nacht voor altijd laten duren
waarin je naast me ligt. Geen klokgetik
hikt uit je mond. Je hand heeft tijd. Geen morgen
breekt aan met al die liefdeloze uren.
Ilja Leonard Pfeijffer
12 september 2018